‘Gelukkig ben ik in mijn vertrouwde buurt gebleven’

De brief dat Joke van Ruiven haar woning aan de Diepenbrockstraat moest verlaten kwam niet als een verrassing. Ze woonde er ruim vijftig jaar met plezier, maar wist dat de sloop eraan zat te komen. ‘Ik vond het niet erg dat ik moest verhuizen. De vraag was alleen: waar kom je dan terecht?’

Joke had haar zinnen gezet op één specifieke flat. ‘Mijn mannetje zei: “Dat verhuizen is leuk en aardig, maar dan wil ik daar wonen”’, vertelt ze met een glimlach terwijl ze naar de Willem Andriessenlaan wijst, schuin tegenover haar oude huis. ‘Helaas heeft hij het zelf niet meer kunnen meemaken, maar ik weet zeker dat hij van boven meekijkt en blij is met waar ik nu zit. Ik wilde ook echt nergens anders heen. Je wil in je eigen buurtje blijven. Je kent de mensen en ze kennen jou. Ga je ergens anders heen, dan weet je nooit of je opgenomen wordt. Hier wisten ze al wie ik ben.’

Van wens naar werkelijkheid
Via een bekende die al in de flat woonde, kreeg Joke de kans om samen met een buurvrouw eens binnen te kijken. ‘We gingen even bij hem langs op de 7e verdieping. Gewoon om te zien hoe zo’n woning er van binnen uitziet. Toen ik het zag dacht ik gelijk: dit is toch een geweldig huis! Ik wist meteen: ik wacht gewoon tot er hier een plekje vrijkomt.’ En dat gebeurde sneller dan verwacht. Etienne, destijds de bewonersbegeleider van Woonplus belde haar dat er een woning vrij was. ‘We zijn er gezellig samen naartoe gewandeld. Etienne is zo’n schat. Ik heb geen zoon, maar als ik er één had, dan had ik gewild dat hij zoals Etienne was,’ zegt ze stralend. Inmiddels werkt hij niet meer bij Woonplus, maar Joke denkt nog vaak met een glimlach aan zijn hulp. Toen ze de woning zag, was ze meteen enthousiast. ‘Het is hier beter dan daar,’ zegt ze terwijl ze wijst naar haar oude woning. ‘Niet dat ik een hekel heb aan traplopen hoor, maar een lift is toch wel erg prettig voor de knieën.’

Ze vond het wel even lastig dat haar oude berging ontbrak en ze het nu moest doen met een gezamenlijke. ‘Daar stonden altijd m’n kerstspullen en andere dingen. Maar gelukkig had ik een kamertje over in m’n nieuwe huis. Die gebruik ik nu gewoon als kelder. Opgelost!’

Instapklaar
Ook het huis zelf viel meteen in de smaak. ‘Alles was al zo netjes. De muren waren gesaust, het laminaat lag er, de gordijnen hingen al en er stonden twee bankjes ter overname. Eerst dacht ik nog: overname, dat is toch wat ouderwets? Maar ik werd er juist heel blij van. Ik hoefde alleen mijn eigen meubels neer te zetten en klaar was het.’ Ze kijkt met een glimlach terug op de hulp die ze kreeg bij haar verhuizing. ‘Het was allemaal prima geregeld. Ik voelde me echt gezien en geholpen in die tijd. Daar ben ik nog steeds dankbaar voor.’

Hij had gelijk
Inmiddels woont Joke alweer ruim vijf maanden in haar nieuwe woning. ‘Ik zou niet meer terug willen. Al kijk ik bij de Dirk nog weleens even omhoog naar mijn oude woning. Daar heb ik het echt fijn gehad. Maar hier voel ik me ook helemaal thuis. Dat gevoel was er eigenlijk meteen. Ik ben best makkelijk hoor – op de camping voel ik me ook thuis,’ lacht ze. Ze heeft fijne buren en voelde zich direct welkom in de flat. Alleen het elektrisch koken is nog even wennen. ‘Ik heb de stekker eruit gehaald, ik gebruik hem gewoon niet. Gelukkig heb ik deze jongen nog,’ zegt ze knipogend over haar magnetron.

Al met al kijkt Joke positief terug op de verhuizing. ‘Dat vingertje van mijn mannetje had meer effect dan hij dacht. Hij zal blij zijn waar ik zit. Gelukkig ben ik in mijn vertrouwde buurt gebleven.’